Er zijn verschillende soorten netwerkers. Zo heb je de angsthaas. Dat is de netwerker die eigenlijk niet netwerkt. Die thuisblijft, omdat hij zich bij voorbaat al verloren voelt in zo’n groep onbekende mensen. Die niet weet wat hij moet zeggen en zich diep ongelukkig voelt bij de gedachte alleen al. Dat was ik. Naar een netwerkbijeenkomst gaan was zo’n beetje mijn ergste nachtmerrie. 

Nachtmerrie? De categorie ‘vlotte jongen’ (dat kan natuurlijk ook een dame zijn, ook al is deze categorie vooral onder mannen sterk vertegenwoordigd) kent geen angst (of doet overtuigend alsof). De vlotte jongen snelt van de een naar de ander. Bij het volgende groepje aangekomen stort hij zich in het gesprek door de aandacht op te eisen met zijn eigen succesverhaal, een van de vele uiteraard. Hier is alles goud wat er blinkt. Zijn toehoorders zijn vaak enigszins overdonderd en luisteren daardoor beleefd, maar soms zie je ze ook veelbetekenend naar elkaar seinen. Dat duurt nooit lang, want dan is de vlotte jongen alweer op weg naar de volgende.

Fatsoenlijke exitstrategie

De tegenpool van de vlotte jongen is ‘de kletskous’. De kletskous blijft maar praten, ook al vind je het al lang niet meer interessant. Terwijl jij bezig bent met een fatsoenlijke exitstrategie, snijdt de kletskous het volgende onderwerp aan. De kletskous kan urenlang praten over de meest uiteenlopende onderwerpen en dat is ideaal als je zelf niet zo spraakzaam bent. Wil je echter verschillende mensen spreken op een avond, dan is het raadzaam op een gegeven moment vriendelijk doch beslist afscheid te nemen.

Over je schouder

Verder hebben we nog de mensen die altijd iedereen in de rede vallen met hun eigen verhalen (ook als het geen vlotte jongens zijn en vastgeplakt zitten in hun groepje) en de mensen die over je schouder heen kijken op zoek naar hun volgende gesprekspartner (dat kan zijn omdat jij een kletskous bent, maar het is ook mogelijk dat hij zich realiseert ‘niet interessant, want bij deze persoon ga ik vanavond geen order meer scoren’). Dat brengt ons bij de volgende categorie mensen: degenen die op een netwerkbijeenkomst komen met het idee dat ze met een paar flinke opdrachten naar huis gaan. Die haal je er meteen uit; ze zijn niet in jou geïnteresseerd, maar in zaken doen.

Honderden verhalen

Toen ik eenmaal had bedacht dat ik als ondernemer toch echt zou moeten gaan netwerken en de angst me om het hart sloeg, moest ik iets verzinnen waardoor netwerken leuk zou worden. Dat omslagpunt kwam toen ik me realiseerde dat er op een netwerkbijeenkomst honderden verhalen rondlopen, klaar om verteld te worden. Zo wordt een netwerkbijeenkomst leuk: ik hoor inspirerende, ontroerende en sterke verhalen. Verhalen om van te leren, om te bulderen van het lachen en soms ook om een traantje bij weg te pinken. Door naar elkaars verhalen te luisteren, leer je elkaar op een andere manier kennen. Volgens mij is dat een mooie basis om een relatie op te bouwen, te onderhouden, van elkaar te leren en – wie weet – ooit nog eens zaken te doen.

Stuur een appje, waag een belletje of tik een berichtje als je hier verder over door wilt praten. Tot snel!